Veiligheidsagenda 2023-2026

22 december 2022

Elke vier jaar wordt er een nieuwe veiligheidsagenda opgesteld, waarin de minister van Justitie en Veiligheid de landelijke beleidsdoestellingen voor de taakuitvoering van de politie vaststelt. De landelijke beleidsdoelstellingen richten zich op vraagstukken die landelijk en internationaal spelen, die eenheidsoverstijgend zijn en/of waar afstemming in de aanpak of specifieke expertise op landelijk niveau voor nodig zijn. De landelijke veiligheidsagenda is complementair aan de lokale veiligheidsagenda’s en wordt meegewogen door het gezag bij de inzet van de politie. Het gezag stelt lokaal de prioriteiten vast.

Het afgelopen jaar is gezamenlijk gewerkt aan een nieuwe Veiligheidsagenda voor de periode 2023-2026. De minister heeft in overleg met de gezagen bij monde van de (regio)burgemeesters en voorzitter van het College procureurs-generaal in het LOVP de thema’s voor de nieuwe veiligheidsagenda en bijbehorende ambities bepaald. Gezocht is naar realistische en betekenisvolle afspraken die bijdragen aan een effectieve politieorganisatie en het bereiken van het beoogde maatschappelijk effect. De agenda bevat daarom een mix van kwalitatieve en kwantitatieve afspraken, die ook aansluiten bij de doorontwikkeling van de politieorganisatie.

Context

De veiligheidsagenda kan niet los gezien worden van de context waarin de politie zich bevindt. De komende jaren blijft er sprake van druk op de bezetting en de inzetbaarheid van de politie. Verder is de werkvraag onverminderd hoog, onder meer door de inzet op bewaken & beveiligen, en wordt problematiek ingewikkelder. Daarnaast pleegt de politie inzet op veel meer thema’s dan die in de Veiligheidsagenda. Alles bij elkaar maakt dit dat in deze Veiligheidsagenda gekozen is voor een set afspraken met een realistisch ambitieniveau, die voor een belangrijk deel voortbouwen op de afspraken in de Veiligheidsagenda 2019-2022.

Thema’s

De thema’s ondermijnende en georganiseerde criminaliteit en criminele geldstromen, mensenhandel, cybercrime en online seksueel kindermisbruik zijn ook opgenomen in de huidige Veiligheidsagenda. Nieuw toegevoegd zijn de thema’s gedigitaliseerde criminaliteit en verbinding met de samenleving/maatschappelijke onrust. De inzet van intelligence en internationale samenwerking is een belangrijk onderdeel bij alle thema’s.

  • Ondermijnende en georganiseerde criminaliteit, w.o. aanpak criminele geldstromen

Het uiteindelijke doel van de aanpak is dat Nederland minder aantrekkelijk wordt voor (internationale) georganiseerde ondermijnende criminaliteit. Dit vraagt om een integrale aanpak die kennisintensief en samenhangend is en waarin preventie, maatschappelijke- en bestuurlijke weerbaarheid, verstoring en bestraffen hand in hand gaan. Voor politie zijn kwalitatieve doelstellingen opgenomen ten aanzien van het aantal aangepakte criminele samenwerkingsverbanden en het gelegde strafrechtelijk beslag (in €’s). Kwantitatief wordt ingezet op verhogen van de kwaliteit van financieel onderzoek.

  • Cybercrime, gedigitaliseerde criminaliteit, online seksueel kindermisbruik

De groei van online criminaliteit moet worden geremd en, indien mogelijk, worden omgezet in een daling. Slachtofferschap moet worden voorkomen. Ten aanzien van de aanpak van online criminaliteit zijn ambities opgenomen voor het aantal onderzoeken naar cybercrime en gedigitaliseerde criminaliteit. De doelstellingen richten zich op het aantal aangehouden verdachten en alternatieve interventies, die bij bepaalde cybercrime fenomenen vaak effectiever zijn in het beperken van slachtofferschap en/of schade. De oplopende doelstelling voor reguliere cybercrime-onderzoeken wordt tussentijds geëvalueerd om te bezien of dit haalbaar is of bijstelling behoeft.
Verder zijn afspraken gemaakt over het verbeteren van de mogelijkheden voor online aangifte en melding van online criminaliteit en het verhogen van de kennis en professionaliteit van intake & servicemedewerkers in de komende jaren.
De afspraken op het thema online seksueel kindermisbruik richten zich primair op aantallen aan te pakken vervaardigers, misbruikers, keyplayers en netwerken.

  • Mensenhandel

Mensenhandel is een ernstige schending van mensenrechten en een vorm van moderne slavernij. Uitbuiting vindt steeds meer online plaats, daders en slachtoffers zijn steeds jonger en er is sprake van verschuivingen in dader- en slachtofferschap. Een gezamenlijke, langdurige en sluitende aanpak van mensenhandel is nodig. De ambities zien op de bijdrage die politie kan leveren aan een brede, integrale en internationale aanpak van mensenhandel. Dit vertaalt zich in kwalitatieve doelstellingen ten aanzien van online opsporing en signalering, eenheidsoverstijgende samenwerking en internationale samenwerking en het aantal mensenhandel-verdachten.

  • Verbinding met de samenleving en maatschappelijke onrust

Maatschappelijke onrust is niet nieuw en zal altijd onderdeel zijn van de samenleving. Het wordt problematisch wanneer het escaleert en gepaard gaat met het plegen van strafbare feiten, ernstige grootschalige verstoringen van de openbare orde of het ondermijnen van de democratische rechtsorde. De opgave hiermee om te gaan vraagt om samenhang tussen preventie, dialoog en handhaving en om een proactief gesprek van politie met partners, ook op het niveau van de regionale eenheid, over het effectief in verbinding staan met de samenleving. Op het niveau van de eenheid wordt jaarlijks het gesprek gevoerd over de inzet en effectiviteit van politie in het kader van verbinding met de samenleving, waaronder wijken en doelgroepen, binnen verschillende fasen van maatschappelijke onrust. Tevens werkt politie, in samenspraak met de gezagen en het ministerie van JenV, aan een informatiestrategie waarin online en offline signalen in informatieproducten kunnen worden gecombineerd. 

Monitoring

De realisatie van de doelstellingen in de Veiligheidsagenda zal door de minister van JenV, politie, OM en Regioburgemeesters doorlopend worden gemonitord en besproken. Dat gaat zowel over de kwantitatieve als over de kwalitatieve doelstellingen, ook in hun samenhang. Daarbij beschouwen we de realisatie van streefcijfers per jaar niet sec, maar in de context van het meerjarig perspectief, met veel aandacht voor duiding, het verhaal achter de cijfers en met de blik op het te bereiken maatschappelijk effect.

Tot slot wordt in de Veiligheidsagenda opgemerkt dat, hoewel de beleidsdoelstellingen zich richten op de taakuitvoering van de politie, veiligheid een gezamenlijke verantwoordelijkheid is, waar ook andere partners hun aandeel in hebben, waarvan de politie op onderdelen afhankelijk is. Deze beleidsdoelstellingen zijn daarom ook agenderend om samen met de politie, de gezagen en het ministerie van justitie en veiligheid te werken aan het realiseren van een zo groot mogelijk maatschappelijk effect op de benoemde onderwerpen.