Gertjan Bos: ‘Sterker stelsel van bewaken en beveiligen bedient burgemeesters beter’

7 december 2021

Het huidige stelsel van bewaken en beveiligen, dat zorgt voor de beveiliging van personen, objecten en diensten, moet verstevigd worden, zo stelt de Commissie Bos in haar eindrapportage aan minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid). De doorontwikkeling en professionalisering van het twintig jaar oude stelsel moet centraal aangestuurd worden door een Vierhoek bestaande uit NCTV, KMar, OM en de Nationale Politie. Een gesprek met commissievoorzitter Gertjan Bos (voormalig Inspecteur-generaal Justitie en Veiligheid), die voor het leiden van het onderzoek terug kwam uit zijn pensionering.

Wat maakte dat u ‘ja’ zei op het verzoek de commissie te leiden?

“Ik vond het onderwerp te uitdagend, interessant en urgent om er niet op in te gaan. Ik meende vanuit mijn rol en achtergrond een zinvolle bijdrage te kunnen leveren.”

De commissie heeft het stelsel doorgelicht, wat is de meest opvallende conclusie?

“In een paar woorden: er is landelijk eigenlijk geen inzicht in het aantal en het soort zaken en daardoor is er ook geen goed overzicht in wat er loopt qua kwesties en individuele zaken. Als je kijkt naar de historie van het stelsel: die kwam tot stand na de moord op Pim Fortuyn. Inmiddels zijn we twintig jaar verder. De laatste jaren is de druk op het stelsel dusdanig toegenomen, door de groei van de georganiseerde criminaliteit en de daarmee gepaard gaande toename van excessief geweld, dat er in de hectiek onvoldoende tijd is genomen om stil te staan bij de betekenis hiervan voor het stelsel. Het is nu echt van belang het stelsel als één geheel te benaderen. Dat is nodig om de sturing, de kwaliteit en de informatiepositie te verbeteren.”

Er zijn in het rapport zo’n zeven actielijnen met aanbevelingen te halen. Intussen is bekend dat een taskforce wordt ingericht om aan de slag te gaan met de implementatie van deze aanbevelingen. Wat vindt u zelf de belangrijkste?

“Eigenlijk zijn al die aanbevelingen belangrijk; er is niet echt een rangorde. Maar om het goed aan te pakken moet je met de sturing beginnen. Als je de centrale sturing niet goed aanpakt blijf je decentraal op verschillen uitkomen. Dat zijn we in de praktijk ook tegengekomen, dat er bij gelijke gevallen in het ene deel van het land bepaalde beveiliging wél geregeld werd en in het andere deel níet. Om gelijke gevallen gelijk te behandelen is echt inzicht en overzicht nodig.”

Om bij die centrale sturing stil te staan: u heeft aanbevolen - en de minister heeft dat omarmd - om een landelijke Vierhoek op te richten die de ontwikkelingen in het stelsel als geheel aanstuurt. In de Vierhoek onder leiding van de NCTV, zijn het Openbaar Ministerie, de Nationale Politie en de Koninklijke Marechaussee op het hoogste niveau vertegenwoordigd. In die aansturing ontbreekt het bestuur, de burgemeesters.

“Wij hebben daar naar gekeken. Dit geldt voor veel vraagstukken in het land, maar vooral bij veiligheid. Het gaat dan om vraagstukken die landelijk spelen maar hun weerslag hebben in de gemeenten. Dit is inherent aan de bestuursstructuur die we in dit land hebben. De Vierhoek bestaat uit eindverantwoordelijken van de vier organisaties; de stelselverantwoordelijke, het gezag en de twee uitvoerende partijen. Een dergelijke eindverantwoordelijke is er voor de burgemeesters niet; er is geen burgemeester van Nederland. De Vierhoek houdt zich overigens niet bezig met de casuïstiek en de aansturing daarvan; die cases moeten op regioniveau opgelost worden, waarbij de burgemeester in de driehoek vertegenwoordigd is. De Vierhoek moet zich bezighouden met het (door)ontwikkelen van het stelsel en met de aansturing daarvan binnen de bestaande besluitvormingshierarchieën. Het is daarbij natuurlijk wel van groot belang de burgemeesters goed geïnformeerd en betrokken te houden. De vraag is hoe je dat het beste doet. Zij moeten in ieder geval een kanaal hebben om gesignaleerde knelpunten goed aan te kunnen kaarten. Uiteindelijk overigens, leidt de versterking van het stelsel ertoe dat de burgemeesters in hun gezagsrol beter bediend worden met betere beveiligingsproducten.”

Op dit moment lijkt het alsof we vooral in ‘blauw’ en KMar investeren. U geeft aan dat er meer met private partijen en technologie moet worden gedaan. Kunt u voorbeelden geven van hoe dat eruit zou moeten zien?

“Het gaat hier om: heb je voor bepaalde taken een hoog opgeleide politieman of -vrouw nodig? Of kun je bepaalde taken ook uitbesteden in de particuliere beveiligingswereld? Bij Schiphol is de passagierscontrole de verantwoordelijkheid van de Koninklijke Marechaussee, maar die maakt gebruik van een particuliere beveiligingsorganisatie. Bij bewakings- en beveiligingsvraagstukken kun je je afvragen: kun je als het om waarneming gaat ook een camera of een particuliere beveiliger gebruiken? Waar geen geweld gebruikt wordt en het gaat om waarnemen, informeren of chaufferen kun je gebruik maken van de particuliere beveiligerswereld. Het rapport is dan ook geen pleidooi voor uitsluitend meer capaciteit, maar voor een bredere aanpak van de bewaking en beveiliging, zoals bijvoorbeeld betere samenwerking tussen de betrokken diensten, versterking van de informatiepositie, kwaliteitsverbetering, het creëren van inzicht en overzicht. Dan weet je waar de capaciteit naar toe gaat en kun je er efficiënter gebruik van maken. Wij zeggen: gebruik alle capaciteit om een breed palet aan concepten te ontwikkelen én investeer in je informatiepositie. Wat is in de casus die je behandelt precies het issue? Wat is de dreiging precies? Door methoden en werkwijzen te ontwikkelen kun je meer grip krijgen op de dreiging. Doe je dit niet, dan is het moeilijk te bepalen hoeveel mensen je nodig hebt voor een beveiligingsopdracht. Dat raakt de capaciteitsvraag. Daarbij hoort ook het helder maken van hoe het afbouwproces tot stand komt. Dat alles geeft meer zekerheid dan nu het geval is.”

Een ander type oplossing - waar in het rapport minder naar is gekeken - ligt buiten het stelsel. Denk bijvoorbeeld aan het neerzetten van beveiligde rechtbanken naast Extra Beveiligde Instellingen. Dat scheelt ook capaciteit omdat er dan minder bewegingen zijn.

“Wij hebben in ons advies het stelsel centraal gezet. Dat hebben we bewust als afbakening gekozen, omdat we als we zaken buiten het stelsel ook zouden beschouwen de opdracht aan de adviescommissie onbehapbaar zou worden. Ook krijgen we dan te maken met een enorme hoeveelheid andere partijen die we daarin zouden moeten en willen betrekken. Denk bijvoorbeeld aan de rechterlijke macht en het gevangeniswezen. Daar hebben we niet voor gekozen gegeven de tijd die we ook hebben gekregen voor dit advies. Dat neemt natuurlijk niet weg dat wat daar gebeurt wel invloed heeft op de capaciteit die binnen het stelsel nodig is."

U geeft in het rapport aan dat informatiedeling versterkt kan worden. Als voorbeeld noemt u het leveren van informatie door AIVD en MIVD in het decentrale domein om betere risicoschattingen te kunnen maken. Informatiedeling is in het veiligheidsbeleid een rode draad. Dit onderwerp ligt heel gevoelig, vanwege privacy en een overheid die niet altijd heeft aangetoond daar even precies mee geweest te zijn. Hoe kijkt u naar de haalbaarheid van uw aanbevelingen op dit specifieke terrein?

“Dit vraagstuk hadden we graag inhoudelijk diepgaander willen behandelen, maar dat was qua tijd en capaciteit niet te realiseren. Ons advies is: laat een aantal deskundigen naar dit weerbarstige vraagstuk kijken. Dat is hard nodig. Ga maar na: als een politieonderzoek is afgerond mag de politie geen informatie meer verzamelen. Ook als je weet dat de dreiging door gaat. Dat is toch raar? We moeten goed laten uitzoeken of de bevoegdheid ergens kan worden uitgebreid zonder dat er misbruik van wordt gemaakt. Overigens moeten we ons ook niet blindstaren op de bevoegdheden. Je kunt nu al dingen doen om de informatiepositie te verbeteren door de informatiedeling tussen eenheden te verbeteren en de analyses te professionaliseren. Het komt nu nog steeds voor dat verschillende eenheden met dezelfde dreiging te maken hebben, zonder dat ze dat van elkaar weten.”

Rapport Adviescommissie toekomstbestendig stelsel bewaken en beveiligen (oktober 2021)