Van aanpak jeugdgroepen naar aanpak groepsgedrag

Uit onderzoek is bekend dat 75 procent van de jeugdcriminaliteit in ons land voortkomt uit groepsgedrag of groepsdynamische processen. Waar deze groepen zich bevinden en hoe ze zijn samengesteld werd tot nu toe door de zogenaamde ‘shortlistmethodiek' van de politie inzichtelijk gemaakt. Echter, tijden veranderen en werkwijzen horen daarin mee te gaan. Lees verder over de nieuwe werkwijze die wordt beproefd door politie, gemeenten en OM in ruim twintig proeftuinen.

Van jeugdgroep naar groepsgedrag

De zogenoemde ‘shortlistmethodiek' van Bureau Beke heeft jarenlang haar dienst bewezen in de informatieanalyse op de problematische jeugdgroepen in Nederland. Echter, de jeugd ontwikkelt zich en de jeugdgroepen ontwikkelen mee. Groepen zijn meer fluïde, contacten meer netwerkgericht, communicatie verloopt via de sociale media en de vaste vindplaats is eerder de groeps-chat dan het winkelcentrum.

Bovendien is sprake van een onvolledig beeld op jeugdgroepen omdat politie-informatie slechts een deel is van de werkelijkheid. Die informatie moet worden verrijkt met andere informatie van gemeenten en partners (denk aan zorg en welzijn, jongerenwerk). Op basis van een scherpe, betere analyse wordt de gezamenlijke strategie op de aanpak van het problematisch gedrag helder: wie doet wat, waartoe en wanneer. En dit onder de overall-regie van de gemeente.

Doorontwikkeling

De politie startte de doorontwikkeling door het instrument ‘shortlist' te vervangen door het instrument ‘groepsscan'. De groepsscan gaat, net als bij de shortlist, uit van de input van de wijkagent, maar koppelt er waardevolle systeeminformatie aan vast, dat wil zeggen alle informatie die is vastgelegd in de (computer-)systemen van de politie over de personen in die groep. Zo ontstaat er een meer veredeld beeld van de groep en is er meer en betere informatie dan voorheen voorhanden, denk bijvoorbeeld aan het aantal zorgmeldingen of het recidiverisico. Het is de bedoeling dat de groepsscan in 2016 grotendeels geautomatiseerd uitgevoerd kan worden. Echter, de groepsscan is - net als de shortlistmethodiek - een instrument van de politie en moet dus aangevuld worden met informatie van andere partijen onder regie van de gemeenten.

De gemeenten hebben sinds 2013 de overall-regie op de aanpak van problematische jeugdgroepen. In veel gemeenten is daartoe al een integrale aanpak ontwikkeld. Om adequaat te kunnen samenwerken, zitten partners met elkaar aan de gemeente-tafel om vanuit een integraal beeld op de problemen ook de strategie op de aanpak effectiever in te zetten. Dat kan vaak (nog) beter. De groepsscan kan hierbij, niet tweemaal per jaar zoals bij de shortlistmethodiek, maar op ieder moment dat er serieuze zorg is rond een groep, waardevolle input leveren.

Proeftuinen

De doorontwikkeling naar het instrument groepsscan en de integrale aanpak vanuit de gemeentelijke regie wordt in 2014/2015 in ongeveer 20 gemeenten ‘beproefd' in zogenaamde proeftuinen. Om met elkaar tot optimale stappen vooruit te komen, is er sinds april landelijke ondersteuning voor deze proeftuinen. De landelijke projectleiding vanuit de politie is aangevuld met een projectleider vanuit het Bureau Regioburgemeesters en één vanuit het ministerie van VenJ. Ook het OM zal aanschuiven. Doel van de landelijke ondersteuning is om de proeftuinen zelf bij te staan en daarnaast concrete en werkzame handvatten op te halen voor de overige gemeenten die vanaf 2016 met de groepsscan en het daarbij behorende werkproces gaan werken.

Dynamiek in de groep vraagt dynamiek in de aanpak. Het eerste rondje langs de proeftuinen gaf een beeld van de veerkracht van veel gemeenten, getuige de volgende quotes:‘De burgemeester wil geen overzicht van groepen meer, maar actueel zicht op de dynamiek. Zodat zij weet waar zij de schaarse middelen rond bestuurlijke handhaving adequaat in moet zetten.'

‘Door de decentralisatie kunnen we nu 85% van de informatie vroegtijdig op tafel krijgen. Dat dwingt ons tot doorpakken, ook in tijden van transitie.'

‘We zijn niet op zoek naar meer informatie, maar naar betere informatie. Ik wil door scherpte in de beeldvorming een veel strakker plan trekken, doorzettingsmacht organiseren.'

‘De aanpak start bij het eerste signaal. Wat doe je daarmee als partners aan tafel? Ik wil de proeftuin benutten om het goede van onze aanpak nog beter te maken.'

In de nieuwsbrief in het najaar zullen we verder over de voortgang berichten.

Voor meer informatie: Esther Teunissen, Bureau Regioburgemeesters, e.teunissen@regioburgemeesters.nl of 06 11532950.